Lieselot Casier (Howest): “Digitale tools maken je werk niet per se makkelijker”
27 August 2024Dit interview is een realisatie van AccountancyVandaag
Werkplekleren, praktijkgerichte vakken én een rugzak vol veelgebruikte digitale tools: zo bereidt Howest z’n graduaatstudenten voor op de job. En die praktijkervaring is ook persoonlijk nooit ver weg voor opleidingscoördinator Lieselot Casier.
“Naast m’n job bij Howest spring ik tijdens de btw-periodes als freelancer bij in enkele accountancykantoren”, zegt ze. “Da’s perfect te combineren met het onderwijs. En zo weet ik wat er leeft in de kantoren. Dat helpt enorm bij m’n lesvoorbereiding.”
“Doordat ik weet hoe het in de praktijk gaat, kan ik m’n studenten wel meegeven waar ze moeten op letten.”
Finesses uit de praktijk
“Ik geef boekhouden basis en start altijd vanuit een praktische invalshoek. Zo leer ik de studenten bijvoorbeeld het verwerken van de KMO-portefeuille aan. Bankuittreksels worden via CODA ingeboekt, maar dat kunnen we niet simuleren in de les. Doordat ik weet hoe het in de praktijk gaat, kan ik m’n studenten wel meegeven waar ze moeten op letten.”
“En uit m’n ervaring met verschillende boekhoudpakketten ken ik de finesses, zoals waar je de btw precies moet aangeven. Als je als docent precies weet hoe het moet, win je aan geloofwaardigheid bij je studenten.”
En die studenten, komen die in drommen af? “Toen het graduaat 5 jaar geleden geïntegreerd werd vanuit het HBO5 zijn we heel goed gestart”, zegt Lieselot. “’19, ’20 en ’21 waren uitstekende jaren, onder meer door de samenwerking met de VDAB. De laatste jaren merkten we wel een terugval.”
“In september starten we met een flexibel traject. Het eerste op onze hogeschool.”
Komend academiejaar meer studenten
“Nu: op dit moment zien we weer een forse toename voor komend academiejaar. Wellicht speelt ons nieuw flexibel traject een rol. Binnen onze graduaatsopleiding hebben we een dagtraject van twee jaar dat in september start, en hetzelfde traject, maar dan vanaf februari.”
“Dat zijn vooral studenten die na een paar maanden bachelor de overstap maken. En mensen die eerst een tijdje gewerkt hebben, op reis zijn geweest of ziek. Als ze in februari starten zijn ze geen vol jaar kwijt.”
“In september starten we met een flexibel traject. Het eerste op onze hogeschool. Het basistraject duurt drie jaar, maar je kunt ook kiezen voor twee of vier jaar, of helemaal op maat. Het is perfect te combineren met een job dankzij het Vlaams opleidingsverlof of een systeem als tijdskrediet.”
Kenmerkend voor het graduaat is het werkplekleren waarbij de student verder bijleert op de werkvloer. “Eerst voor een kortere tijd in een bedrijf, daarna langer in een accountancykantoor”, legt Lieselot uit. “Onze hele opleiding richten we zo praktijkgericht mogelijk in. Naast dat werkplekleren doen onze studenten tal van opdrachten, krijgen ze cases en gaan ze aan de slag met een hele reeks softwaretools.”
En dat is niet eens overdreven. Lieselot somt ze op: “Silverfin, Exact Online, Yuki, Scrada, HannaH, Intellifin, Bizzcontrol, AdminPulse en Dexxter. En in het tweede jaar gaan onze studenten vanaf september ook Horus gebruiken.”
“Uit stagegesprekken weten we dat Horus meer en meer gebruikt wordt in Vlaanderen en we willen onze studenten met de juiste pakketten in contact brengen.”
Gebruiksvriendelijk en overzichtelijk
“We zijn met Horus in contact gekomen op een netwerkevent en hebben daarna een demo gevolgd en een opleiding gehad. We appreciëren vooral de gebruiksvriendelijkheid en overzichtelijkheid. Als je boekhoudkundig inzicht hebt, kun je er vlot mee aan de slag.”
“Uit stagegesprekken weten we dat Horus meer en meer gebruikt wordt in Vlaanderen en we willen onze studenten met de juiste pakketten in contact brengen. Met Exact Online, Yuki en nu ook Horus leren ze drie totaal verschillende pakketten aan. Een goeie voorbereiding voor welke tool dan ook in hun job.”
Howest zet dus volop in op digitale tools. Alleen: hoe kiezen ze die? “Bijna al onze lectoren combineren het lesgeven met de praktijk, en houden heel goed hun ogen open”, zegt Lieselot. “Verder trekken we naar zoveel mogelijk events. De digitalisering zal niet stoppen, en tegelijk is het belangrijk dat onze studenten de basis blijven leren.”
“Ze moeten weten hoe een boekhouding werkt om die te kunnen interpreteren. Actief, passief, debet, credit: ook in digitale tijden moet je weten wat dat is. Dus schenken we daar nog altijd veel aandacht aan. Als je niet weet waarmee je bezig bent, loop je verloren.”
“Een paar jaar geleden moesten we vaker uitleggen wat je van een graduaat mag verwachten en wat het verschil is met een bachelor. Vandaag staat de sector er meer voor open.”
“Waarom zouden graduaten geen advies kunnen geven?”
Werk van computer checken
Of een dossierbeheerder nu kan achteroverleunen en het werk aan de computer overlaten? Helaas, zegt Lieselot. “De job is niet per se gemakkelijker geworden. Oké, je hoeft geen boekingen meer lijn per lijn in te geven, maar je moet wel gaan controleren of de computer alles correct heeft gedaan. Dat is minstens zo moeilijk. En het maakt je basiskennis nog belangrijker.”
Kennis die de graduaatstudenten ook bijspijkeren via het leerplatform Accountants Academy. “Binnen het opleidingsonderdeel werkveldseminaries mogen de studenten de helft van hun uren webinars volgen van Accountants Academy”, legt Lieselot uit. “De andere helft moeten ze gaan netwerken, zodat ze ook eens buiten de deur gaan.” (lacht)
Lieselot merkt dat ondernemers vandaag op een andere manier rekenen op hun accountant. “Vroeger gooiden ze bij wijze van spreken hun papieren binnen. Laat maar weten hoeveel btw ik moet betalen en zorg dat ik niet te veel belasting betaal, was de boodschap. Nu stellen ze gerichte vragen: zit m’n omzet goed, wat zijn de gevolgen van een investering …”
Proactieve adviesverlening dus. Alleen: is dat wel een taak voor graduaatstudenten? “Waarom niet? Advies geven kan in verschillende gradaties”, zegt Lieselot. “Dat hoeft niet per se te gaan over complexe structuren met verschillende vennootschappen. Het kan ook de tip zijn om je dienstencheques op je partner te zetten. Met kleine aanpassingen kun je een groot verschil maken.”
“We moeten almaar minder uitleggen wat een graduaat kan.”
Sector staat open voor graduaten
Hoe zit het eigenlijk bij de kantoren, verwelkomen die de graduaten met open armen? Lieselot: “Alsmaar meer. Een paar jaar geleden moesten we vaker uitleggen wat je van een graduaat mag verwachten en wat het verschil is met een bachelor. Vandaag staat de sector er meer voor open.”
“Dat is ook de verdienste van onze oud-studenten, die zichzelf goed hebben verkocht. Elke graduaatstudent vindt een stageplek en 90% gaat daar na afloop aan de slag. Het overgrote deel bij een kantoor, een minderheid bij een bedrijf of de overheid.”
De toekomst van de graduaatstudent? Dat zal wat zoeken zijn, geeft Lieselot toe. “Een masterprofiel in accountancy vereist analytische skills. Bij de bachelors en graduaten ligt de focus meer op het toepassen van de materie. Het is onze taak om te zorgen dat wij mee blijven, en onze studenten dus ook. Hoe? Door constant af te stemmen met wat het werkveld nodig heeft. Hoe dan ook verschuift ook onze graduaatopleiding van het afleveren van pure dataverzamelaars en -verwerkers naar ondernemerscoaches.”